De Grebbeberg
In 1995, het Europees Natuurbeschermingsjaar, werden veel projecten op het gebied van natuur en landschap uitgevoerd. Een heel bijzonder initiatief werd genomen door de provincie Utrecht. Zij stelde de niet-levende natuur centraal met haar idee om een landelijk netwerk te ontwikkelen van Aardkundige Monumenten. Uiteraard werd daarbij begonnen in de provincie Utrecht. Als eerste aardkundig monument werd door gedeputeerde Staten de zuidflank van de Grebbeberg benoemd.
De Grebbeberg is de zuidelijke punt van een tientallen meters hoge stuwwalrug, die in een boog van Amersfoort naar Rhenen loopt.. Deze stuwwal is zon 150.000 jaar geleden gevormd door honderden meters dik landijs dat langzaam van Scandinavië naar Nederland "stroomde". Ooit liep de stuwwal nog verder naar het zuiden om vervolgens weer naar het noorden om te buigen en aan te sluiten op de stuwwal van Ede - Wageningen.
Door het woeste water van de Rijn werd de zuidelijke punt van de stuwwalboog langzamerhand weggeslagen en naar zee getransporteerd. Wat overbleef was een zeer steile helling voor Nederlandse begrippen. We denken immers vaak dat Nederland zo plat is als een pannenkoek. Via een bielzen trap kunnen we de steile helling beklimmen en bij goed weer boven van een prachtig uitzicht over het rivierengebied genieten.
Onderaan de Grebbeberg heeft de provincie Utrecht een informatiepaneel geplaatst, waarop uit de doeken gedaan wordt hoe de Grebbeberg is ontstaan.
Bij een wandeling in deze zuidoostelijke punt van de gemeente Rhenen valt toch al veel monumentaals te genieten. Bovenop ligt niet alleen de erebegraafplaats, maar ook een ringwalburcht. De flank is het Aardkundig Monument. Beneden ligt een belangrijk stuk cultureel erfgoed: de Grebbelinie. En last but not least ligt er in de uiterwaarden een pracht van een monument van de levende natuur in de vorm van de Blauwe Kamer. Uiteraard is het Utrechts Landschap trots op haar bezittingen.